Le travail des champs

Pendant l’hiver, on enfouissait dans les champs du fumier de la ferme, éparpillé à la fourche. En avril, on pratiquait la technique du «faux semis » : les sols restaient sans semis, pendant une semaine, afin de permettre aux mauvaises herbes de lever. Puis on passait la terre à la herse pour la rendre légère.

A l’origine, les agriculteurs poussaient de petits semoirs manuels en semant une rangée au coup, en «cordon » : les graines, disposées côte à côte, formaient de longues lignes espacées de 12 pouces, soit 33 cm. L’apparition de semoir à chevaux permit de semer entre 4 et 6 rangs au coup. Ils choisissaient des chevaux agiles, aux sabots étroits à l’image des chevaux de demi-course, dressés pour avancer en croisant les pattes pour ne pas écraser les plants. « On semait de bon matin jusqu’à la tombée de la nuit avec des graines nues produites par les petits producteurs locaux. »

Le démariage consistait à mettre en place les chicorées avec une braquette de 10-12 cm, une route à la fois et à genoux ; «  il fallait ne laisser qu’une seule plante, la plus belle ». C’était la tâche des enfants et des femmes qui profitaient du temps favorable. Mi-juillet, il fallait désherber grâce à la binette.

Het werk op het veld

In de winter bemestte men de akkers met mest uit de stallen, men strooide de mest uit met behulp van een mestvork. In april werd de techniek van "vals zaaien" toegepast: de grond bleef een week zonder zaaien zodat onkruid kon groeien.  Daarna werd het land geëgd in voorbereiding op het zaaien.

Oorspronkelijk duwden boeren kleine handmatige zaaimachines die één rij tegelijk in een "kraal" zaaiden (op gelijke afstand van elkaar).  Deze kralen vormden lange lijnen op een afstand van 12 inch of 33 cm. Het gebruik van een zaaimachine,  door een paard getrokken, liet toe om  4 en 6 rijen tegelijk te zaaien. De boeren kozen voor paarden, met smalle hoeven, zoals semi-race paarden. Die werden getraind om vooruit te komen door de poten op te heffen en zo de planten niet te verpletteren. "We zaaiden vroeg in de ochtend tot het donker werd,  met vers zaad geproduceerd door kleine lokale producenten. "

Uitdunnen,  “het zetten” bestond uit het uitdunnen van de cichorei met een handschoffel ( houw) van 10-12 cm, één rij tegelijk én geknield. "We moesten slechts één plant achterlaten, de mooiste.  Het was de taak van kinderen en vrouwen die van het goede weer genoten. Half juli moesten we wieden met de schaaf."

Un champ de chicorées | Een cichoreiveld

Placage à la rasette | Het zetten en uitdunnen

Scène de labour | Het ploegen

Semoir | Zaaimachine

Vidéo : Scène de labour | Filmfragment over het ploegen met paarden

Démariage a la main | Handmatig uitdunnen

Rencontre entre anciens cultivateurs de chicorée | Bijeenkomst van oude cichoreitelers

L'évolution de la culture de la chicorée à café , témoignage de René Delplace | De evoltutie van het telen van cichorei voor koffie

Les différentes variétés de chicorée à café, explications de René Delplace | De verschillende soorten cichoreiwortels

Démariage à la main vers 1955 Coll.Leroux | Handmatig uitdunnen